Internationale samenwerking. Respect voor anderen en diplomatie op alle niveaus

#Wederzijds respect speelt zich niet alleen op het terrein af. Het is ook aanwezig in de communicatie, opleidingen, werkgroepen en alle uitwisselingen van de Directie van de internationale politiesamenwerking. Drie leden van de directie nemen ons in vertrouwen.

Internationale samenwerking. Respect voor anderen en diplomatie op alle niveaus

Kennen jullie de Directie van de internationale politiesamenwerking (CGI)? Onder leiding van de commissaris-generaal van de Federale Politie is ze verantwoordelijk voor de organisatie, opvolging, evaluatie en verbetering van alle aspecten van de internationale politiesamenwerking. Naast de directie bestaat ze uit de diensten ‘Bi- en multilaterale samenwerking’, ‘Europese en Internationale instellingen’, ‘Single Point of Operational Contact’, ‘Knowledge Management’, ‘HRM’ en ‘Logistic and Financial Management’.   

Respect voor de partners en de collega's staat centraal in de opdrachten van deze directie. Ter illustratie, de niet-exhaustieve getuigenis van drie collega's uit drie verschillende diensten. Aliki, Laura en Sandrine laten elk op hun eigen manier wederzijds respect zowel intern als extern schitteren. 

Aliki is werkzaam bij de dienst ‘Knowledge Management’. Deze dienst heeft onder meer tot doel de opleidingen op het gebied van internationale politiesamenwerking uit te werken en te coördineren. Daarnaast verspreidt hij externe, maar vooral interne berichten via het intranet en de newsletters. "We geven belangrijke mededelingen door aan collega's en het grote publiek. We geven ook presentaties die collega's, ook in de scholen, in staat stellen de draagwijdte van bepaalde verdragen beter te begrijpen. Zo is er bijvoorbeeld onlangs een nieuwe ‘Train de Trainer’-opleiding opgestart. Ze is toegespitst op de Akkoorden van ‘Doornik II’ en verduidelijkt wat de Franse politiemensen in België en omgekeerd de Belgische politiemensen in Frankrijk mogen doen", legt Aliki in detail uit.    

Laura werkt bij de dienst ‘Europese en internationale instellingen’. Deze dienst neemt deel aan besluitvormingsprocessen via werkgroepen en raden van bestuur aan de zijde van internationale en vooral Europese instellingen, organisaties en agentschappen. "In ons team van beleidsadviseurs fungeren wij als schakel tussen de Geïntegreerde Politie en partners zoals de douane of de FOD Binnenlandse Zaken. Bij de uitwisselingen tijdens de fysieke vergaderingen van de Europese Unie spreekt iedereen in zijn of haar eigen taal en kunnen we rekenen op simultaanvertaling. Alle relevante partners worden over elk dossier geraadpleegd. Respect en diplomatie zijn zeer duidelijk aanwezig." 

"Zich kunnen aanpassen"  

Sandrine werkt in de dienst ‘Bi- en multilaterale samenwerking’. Deze dienst bereidt onder meer verdragen en diverse soorten akkoorden voor met buitenlandse partners, onderhandelt erover en sluit ze af. Daarnaast ondersteunt hij de verbindingsofficieren in het buitenland. De dienst neemt ook deel aan het gemeenschappelijke veiligheidsbeleid en bilaterale projecten met Enabel. "We zorgen bijvoorbeeld voor de omkadering van het werk van de verbindingsofficieren en het civiele crisisbeheer. We ontwikkelen de juridische, bilaterale en multilaterale aspecten en geven akkoorden concreet vorm", vertrouwt Sandrine ons toe. Haar werk is gebaseerd op wederzijds respect zowel wat de naleving van de wet betreft als voor elk van de partners, ook in het buitenland. "We hebben niet altijd dezelfde referentiekaders, we moeten gemeenschappelijke delers kunnen vinden, ons kunnen aanpassen aan andere werkwijzen."   

De bijwerking en recente ondertekening van het Benelux-politiesamenwerkingsverdrag ter vereenvoudiging van de regels inzake grensoverschrijdende achtervolgingen, ter uitbreiding van de bevoegdheden in het raam van gemengde patrouilles of grensoverschrijdende acties en ter vergemakkelijking van het delen van gegevens voor de ANPR-systemen (Automatic Number Plate Recognition), is hiervan een voorbeeld. "Het zal weldra in werking treden en de diensten op het terrein helpen. Er is al veel wederzijds respect tussen de Benelux-diensten, maar dit zal de werking nog meer vergemakkelijken." 

Op CGI-niveau maken de Centra voor politie- en douanesamenwerking aan de grenzen met Nederland, Duitsland, Frankrijk en Luxemburg, onder leiding van het Single Point of Operational Contact, het onder meer mogelijk vragen van het terrein door te geven. "Ze zijn waardevol, evenals de steun van de Directie van de operaties inzake bestuurlijke politie, de communicatie- en informatiecentra (CIC) en de directeurs-coördinatoren in de arrondissementen."    

Naast de ondersteuning van de collega's op het terrein om de internationale politiesamenwerking goed te laten verlopen, worden de drie collega's ook persoonlijk gedreven door een groot gevoel voor wederzijds respect. "Zo houden we bijvoorbeeld rekening met de tijdsverschillen van de verbindingsofficieren in het buitenland. We verkiezen ook een telefoongesprek of fysieke uitwisselingen boven mails. We stimuleren zo direct mogelijke contacten met collega's en partners", geven ze tot slot nog mee.