Veilig met de auto naar de sneeuw

Voor je vertrek

Zie dat je goed uitgerust bent en dat je auto zich in prima staat bevindt. Je kan een winteronderhoud vragen in je garage, maar een aantal zaken kan je ook zelf controleren: bandenspanning en profieldiepte, verlichting, ruitenwissers. Vergeet je winterbanden niet (check de regels in het land van je bestemming!) en leg je fluo hesjes en sneeuwkettingen binnen handbereik. Controleer of je de juiste maat sneeuwkettingen hebt en probeer ze thuis al eens op te leggen. Ook handig: een krabbertje, een stuk plastic (tegen natte knieën), je zonnebril en een zaklamp.

Tijdens de reis

Las regelmatig een pauze in om te eten, te drinken, even te rusten … Neem een lichte maaltijd om een dipje te vermijden en drink geen alcohol. Wissel zeker om de twee uur van chauffeur; vermoeidheid is vijand nummer één van de vakantieganger!

Rijden in de sneeuw

Als je op gladde en/of besneeuwde wegen rijdt, maak dan geen bruuske bewegingen. Draai zachtjes aan het stuur en rem niet plotseling. Pas je snelheid aan en hou er rekening mee dat de stopafstand opmerkelijk groter wordt op een glad of besneeuwd wegdek! Rijd je een berg op? Dan heb jij voorrang op tegenliggers die bergafwaarts rijden.